"Het gat" bepekte zich tot uitstekende portretten |
Ondertitel: | Oog en oor |
Soort: | Recensie |
Onderwerp: | Het Gat van Nederland 10 |
Auteur: | A.I. |
Medium: | Leeuwarder Courant |
Datum: | 13-04-1973 |
Pagina: | 2 |
Een zondagochtend op bezoek bij discjockey Frans Nienhuis, samen met vrouwlief nog in de echtelijke sponde, luisterend naar zijn eigen zeer gewaardeerd radioprogramma, de hond vragend of hij ook meeluistert, het kopje thee op de pyamaborst gevleid, zich ongerust makend over weer twee moorden in Ierland.   Je vraagt je toch altijd weer af hoe de makers van "Het gat van Nederland" er voortdurend in slagen bij de mensen door te dringen in de verste uithoeken van hun privé-vertrekken. Lichten zij de persoon in kwestie van tevoren volledig in over hun plannen? Of bellen zij een kwartier vóór de opnamen even op om te zeggen dat zij er aan komen?   Het zijn vragen waar je als eenvoudig televisiekijker geen redelijk antwoord op kunt verzinnen, net zo min als je ooit precies uit de doeken krijgt gedaan waarm de dokter je een bepaald medicijn toedient. Beroepsgeheim, zullen de Gat-makers grijnzend uitroepen. Feit blijft intussen dat zijn met hun "slachtoffers" doen wat zij willen en daarbij zo'n vakmanschap aan de dag leggen dat je een geïnterviewde zelden vragend of argwanend in de als maar snorrende camera ziet kijken. Alleen al daardoor is Het Gat uniek.   Natuurlijk maakt bij mensen, die in het algemeen de publiciteit niet schuwen (Nienhuis, Ben Cramer, Hans van Mierlo destijds), hun min of meer grote ijdelheid het mogelijk dat Het Gat kan doen wat het graag wil. Maar er zijn ook mensen, die Het Gat op dezelfde intieme manier filmt, van wie wel haast vaststaat dat zij niet zo'n erge behoefte aan publiciteit hebben en nauwelijks ijdel zijn. En juist die geïnterviewden - zoals donderdagavond het Zwolse PSP-raadslid Gerrit van der Brug - verheffen het programma tot zo'n soms indrukwekkend hoog niveau. Waarbij dan moet worden aangetekend dat in een dergelijk geval niet alleen de cameravoering maar ook de kunst van het interviewen zelf (door dichter Hans Verhagen) beide van onnavolgbare kwaliteit zijn.   Dit Gat stond bijna helemaal in het teken van "portretten" van meer of minder bekende personen. Ben Cramer werd op de Dag van zijn Luxemburgse teleurstelling van het ochtend-eitje tot aan de zuinige puntenscore 's avonds laat, door de camera gevolgd. Zwemmend, telefonerend, op bed liggend, zijn pasje tonend aan de Luxemburgse veiligheidsagenten, konden we Ben waarnemen en dat was - al wéér - een goede vondst, want Ben maakt duidelijk dat een festival maar een heel gewoon ding is, dat niets méér is dan een normale schnabbel. De vrouw van de moedige zanger van het Nederlands-Parijse levenslied liet er geen twijfel over bestaan dat zij teleurgestelder over de uitslag was dan haar man, die er altijd een goeie bui op schijnt na te houden.   Mijn enthousiasme raakt niet op: ook het gesprek met de schilder Willinck was al even scherp in de roos. De manier waarop hij over de en zijn eigen vrouwen sprak, was een openbaring vol humor, een niets ontziende pentekening, die overeenkomsten had met de schilderstukken aan de muur van zijn "woonmuseum".   |